malimalawi.reismee.nl

De Lange Reis Naar Huis

Na een gezellige barbecue op woensdag avond, een laatste nachtje in het stapelbed, is het dan tijd geworden om de boel op te gaan ruimen. We zijn als altijd vroeg wakker dus we hebben genoeg tijd. We draaien vast wat wasjes met beddengoed weg en ondertussen worden de laatste souvenirs zorgvuldig ingepakt in de shirts en handdoeken die wél mee naar huis gaan. Er worden handdoeken achtergelaten voor de volgende vrijwilligers en shirts die niet meer mee hoeven worden aan Steve, onze schoonmaker gegeven. We maken nog wat foto’s met elkaar, ruimen de afwas op, hangen wat onrustig rond en kijken nog maar eens of wel echt alles in de koffer zit.

Om 10.15 uur staat de taxi voor en kunnen we echt gaan. We zijn er aan toe, het wachten duurt lang als je opziet tegen een lange reis. We hebben woensdag vast ingecheckt op de vluchten van Etiopian Air, alleen de laatste vlucht van Lufthansa lukte niet. Andere vrijwilligers hadden dit probleem ook, dus t zal wel goed komen. We brengen de koffers weg en krijgen de instapkaarten.
Janneke is even illegaal naar binnen gekomen en zegt ons gedag bij de balie. Een nieuwe vrijwilliger komt zo aan met het vliegtuig waar wij weer mee weggaan. Op het bord staat dat die geannuleerd is, en Janneke komt even checken of dat wel klopt. De vrouw achter de balie geeft aan dat dat nog van vorige week is. Blijkbaar heeft niemand het bord nog veranderd… tja, Afrika hè…

Na de laatste foto’s gaan we de luchthaven eens onderzoeken. Daar zijn we snel klaar mee, er is weinig te zien. 5 winkeltjes en een soort veranda waar we ons broodje opeten. Het brood hier is droog en korrelig, maar geroosterd gaat het best. Er komt een man die ons graag naar beneden wil hebben. Daar worden we gecontroleerd. Even een bodycheck en de tas moet, voor de vorm, even open. Mijn flesje water mag niet mee het vliegtuig in. Ik leg uit dat ik m’n reispilletje nog moet nemen. Z eis onverbiddelijk, geen drinken mee. Nou ja, oke.
Ik pak mn flesje en ga het leegdrinken, want ik lust best wat drinken en ik vind het zonde om het weg te gooien. Dan zegt ze ineens, relax, het hoeft niet nu direct leeg, als je het maar weg doet voor je het vliegtuig in gaat.
Verbaast stop ik het weer in mn tas. Maar als ik het niet hoef in te leveren beloof ik niet dat ik het leeg heb voor we het vliegtuig in gaan. Dat laatste was in het Nederlands…

We wachten rustig tot we mogen boarden. Omdat we van de voren al online hebben ingecheckt, kunnen we gezellig bij elkaar zitten. We gaan nu eerst naar Blantyre, een andere grote stad in Malawi, en daarna vliegen we door naar Ethiopië. Deze vlucht is een soort lijndienst die altijd deze route vliegt.


Het wachten in Blantyre duurt voor ons lang omdat we niet uit het vliegtuig mogen. Van verveling worden we vervelend en gaan een beetje zitten geinen met elkaar. Het dood de tijd.

De vlucht van Blantyre naar Adis Ababa gaat voorspoedig. Waar de landing op Blantyre redelijk hard ging, is deze vlucht, op wat turbulentie na, soepel verlopen. De landing ging prima, en wij gaan op zoek naar een desk van Lufthansa voor de instapkaarten van de laatste vlucht. Als we een poos hebben staan wachten zegt de man aan de desk dat hij ons niet kan helpen. Dat moeten we echt even in Frankfurt doen.
we hebben een overstap van een aantal uur, dus we moeten ons bezig zien te houden. We gaan de winkeltjes bekijken en daarna even rustig wat drinken. Opnieuw door een controle, de flesjes gaan weer gewoon mee, en dan weer wachten tot we mogen boarden. Hopelijk hebben we straks weer zo’n mooi vliegtuig als de heenweg!

En jawel, we boffen. We hebben stoelen in het middelste deel en het is weer net zo goed geregeld als de heenweg. De telefoons worden aangesloten om op te laden en als we goed in de lucht zitten, nemen we allebei een half slaappilletje in. Dat werkt als een zonnetje! Omdat we zelf al moe zijn vallen we snel in slaap en door het pilletje worden we ook niet steeds wakker. Nog even de ogen open om een maaltijd naar binnen te werken, en dan lekker verder slapen.

Om een uur of 6 staan we op Frankfurt Airport. Op zoek naar een plek om onze laatste instapkaart te printen en dan even lekker relaxen. Marjan vliegt om 8 uur al terug naar Nederland, wij moeten wachten tot 13 uur.
Mariska is vandaag jarig, en als we lekker zitten met wat te drinken, krijgt ze haar cadeautje. Een hippo van hout. Alle mooie herinneringen aan de safari komen boven en samen lachen we er om.

Dan gaan we afscheid nemen van Marjan, we zwaaien haar uit als ze door de slurf naar het vliegtuig loopt. Bofkont, ze is al lang en breed thuis als wij nog moeten gaan vliegen.

Maar ja, dat wisten we, we gaan eens kijken hoe we ons bezig gaan houden. We sjouwen wat heen en weer, eten wat, en dan nog wat omdat het gewoon heel lekker was! We gaan een plekje zoeken om lekker te zitten en de telefoons weer op te laden.
Omdat we hier wifi hebben kunnen we lekker appen met het thuisfront, facebook-en en surfen op internet. Maar dat kost energie en dus moet de batterij weer opgeladen worden. Uiteindelijk vinden we helemaal aan het einde van een lange gang een heel rustige plek waar we de stopcontacten kunnen gebruiken en waar een paar stoelen staan. Mariska bedenkt om een aflevering van ‘Boer zoekt Vrouw’ terug te kijken.

Dan gaat de tijd best snel. Even wat te snaaien halen in de winkel, en dan nog een aflevering kijken. We redden het al niet meer om die af te kijken, we mogen gaan boarden. Eindelijk.

Ook dit vliegtuig is prima. Wat een zee van beenruimte hier. Ik heb nog zeker 7 cm over. Het is maar een korte vlucht, en een klein vliegtuig. De drukverschillen kunnen we ook goed merken aan de oren. Zodra het mag krijgen we lekker een broodje en wat drinken en dan gaan we de daling al weer inzetten.


Nu slaan de zenuwen toe. Bijna thuis. Wie staan er op ons te wachten en hoe zal het zijn weer thuis? Bij een reis als deze wordt je geleefd. Echt nadenken doe je niet. Verstand op nul en doorgaan. Hoewel het raar is al die luxe om je heen is het op een bepaald niveau ook heel gewoon. Dit is herkenbaar, dit is hoe we leven.

Richting de bagageband loopt de spanning nog meer op. Als we even een momentje neme, kunnen we allebei eigenlijk niet echt vertellen waarom we nog zo zenuwachtig zijn. Pfff, diep ademhalen en gaan met die banaan. Gelukkig zijn de koffers er al snel. Door het raam zwaaien we naar de moeders en dan gaan we door naar de uitgang.

Daar staan een hoop familie en vrienden te wachten. Wat super leuk. Nu is het echt, we zijn er weer. Kuffels en kussen, ballonnen en emoties.

Nog wat drinken met zn allen en dan naar huis. Echt het laatste stuk naar huis. Na een reis van zo’n 30 uur, zijn we eindelijk echt thuis!!!

De volgende morgen komt het besef een beetje. Nu kan ik niet in mn topje buiten ontbijten, vanmorgen geen mensen meer om me heen, niet wachten op het toilet of de badkamer, alleen weer de dagelijkse dingen. De rust en ontspannenheid van Afrika lijkt weer weg te ebben. Dit is Nederland, hier worden dingen van ons verwacht. Het is raar, wennen. En dat zal het nog wel even zijn. Gelukkig hebben we nog een week voor we weer aan het werk moeten. De foto’s sorteren, een laatste blog schrijven, de koffers leegruimen en daarna alle was, een foto boek maken, bijpraten met iedereen en vooral ook bijslapen! Zat te doen om deze week te vullen…

Afscheid nemen

We leven er we al een poosje naar toe, maar vandaag is het dan zover. Afscheid nemen op ons project.
Met een raar gevoel stappen we vanmorgen uit bed. De andere meiden, Mariske en Marjan gaan ook mee. Marjan neemt vandaag ook afscheid en omdat we het leuk vinden elkaars project nog te zien, gaan we met elkaar mee. Vanmorgen gaan we met de taxi. We hebben ons deze luxe gepermitteerd omdat we aardig wat mee moeten sjouwen. Dat wordt een drama in de bus. Dankzij alle giften hebben we mooie spullen kunnen kopen. Onder andere luiers, haakjes om de luiers vast te maken, nog meer plastic broekjes, talkpoeder, ongeveer 40 meter stof, wat knuffeltjes en speeltjes, 3 ballen en slabben. Alles bij elkaar een grote tas vol.

Bij het project aangekomen blijkt dat onze groep tijdelijk verhuist is. Ze slapen nu in het klaslokaaltje omdat de grote kamer bespoten is tegen insecten. De iets grotere kinderen kunnen daar wel tegen, maar de kleine kids kunnen dat niet aan. Vandaar de verhuizing.
We spelen lekker met ze en als de non komt geven we haar de spullen. Ze is blij met alles wat komt en laat zien wat er van de stoffen gemaakt zal worden. Ze tovert de feestdag kleding uit de kast en zegt dat ze nog druk zijn met kleding voor Pasen. Deze stoffen kunnen ze mooi gebruiken. Dan volgen de speeltjes, de luiers en de haakjes.


Daar wordt heel blij op gereageerd. Ze springt er bijna bij. Het restant aan geld hebben we haar in een enveloppe gegeven.
Ze zegt tegen ons: “Het lijkt niet zoveel, maar ik weet dat dit heel veel gekost heeft. Bedank iedereen ervoor.”
Voor alle gulle gevers, de blijdschap in haar ogen was groot, en de kinderen genoten van de speeltjes.
We praten nog even na over onze trip naar Zambia en die van haar richting de grens van Zambia. Ze mocht daar gaan helpen bij een van de andere projecten van het huis.

We bedanken haar nogmaals voor het feit dat we mee mochten op outreach. We hebben er een paar keer naar gevraagd en vorige week dinsdag mochten we mee eten uit gaan delen in een dorpje, een uurtje rijden van Lilongwe. De grote jeep zat vol met zakken maïs. Bij de deur was er nog een heel klein plekje over waar wij ons tussen mochten wringen. Gezeten op een zak maïs, de voeten tussen de wand en de maïs gepropt proberen we de zakken wat te vormen om een beetje comfort te zoeken. Mariska haar voet begint te slapen, en aan het eind van de rit is haar been tot halverwege de kuit gevoelloos. Lopen gaat even niet. Het is nogal een grappig gezicht, en de mensen om ons heen vragen zich ook af wat er met de mazungu aan de hand is. Gelukkig gaat het na 5 minuten weer een stuk beter. Er zit een grote groep vrouwen te wachten op het eten. Er wordt gezongen, gelezen en gebeden. Wij mogen helpen om de zeep en olie uit te delen. De maïs en een zakje bonen wordt door de chauffeur gedeeld. Als er nog 2 zakken maïs zijn, staan er nog 4 vrouwen te wachten. Zonder pardon gaan de zakken terug in de auto. We kunnen niet verstaan wat er precies gezegd wordt, maar op een van de zorgvuldig bijgehouden kaartjes staat dat een van de vrouwen vorige maand niet heeft gehad. 1 zak wordt weer gepakt en die mag ze meenemen. Dan staan er nog 3 te wachten. Maar de zak blijft in de auto. Er wordt niet gedeeld, het is klaar. Een van de vrouwen blijft nog even plakken en krijgt uiteindelijk de laatste zak mee. De andere vrouwen zijn al afgedropen zonder eten. Volgende maand een nieuwe kans…
Na het delen krijgen we nog een rondleiding. Een eindje verderop staat nog een schooltje wat pas gebouwd is. Er om heen ligt wat land waar pinda’s en maïs groeit. Het is ook eigendom van de Missionaries of Charity. De kinderen krijgen daar 1 jaar les en gaan dan door naar een andere school. Elke middag krijgen ze eten. Dat wordt verzorgd door de nonnen. De non die mee is, is een pittig ding. Ze zocht nooit echt contact, maar nu gaat ze toch wat vragen stellen. Ze wil onze namen weten en waar we vandaan komen. Ook onze kerkelijke achtergrond is van belang. Daarna ontspant ze zich. Ze noemt ons bij de naam en legt een hoop uit. Op de terugweg roept ze ineens. “Lisa, I have food for you” omdat de auto nu leeg is hebben we zeeën van ruimte en kunnen we ook bij de voorbank komen om het aan te pakken.
We krijgen een bakje met daarin wat eten. Er zitten wat nootjes tussen en de andere dingetjes lijken een beetje op wormpjes. Ik vraag haar wat het is. Ik moet eerst maar proeven, dan zal ze het vertellen… hmmm daar moeten wij dus een blijk van vertrouwen geven. Nou goed, voorzichtig proberen we het, en het smaakt prima. We roepen naar voren dat het heerlijk is en vragen nog eens wat het is. Wat ik begrijp uit het verhaal dat het rijstmeelpapje is wat in de hete olie wordt gebakken en daarna gekruid. Dankbaar eten we het op. We hadden best trek. Ook bekruipt me stiekem het gevoel dat het niet klopt. Net moesten we nog vrouwen wegsturen zonder eten en nu hebben wij dit lekkere maaltje…
Terug op het project worden we hartelijk bedankt en gaan de nonnen gauw naar binnen. Het is tijd om te bidden. Vanuit de open deur kunnen we ze de kapel binnen zien gaan. Dan gaan wij naar huis.

Onze non bedankt ons ook voor de hulp die dag in het dorp. We krijgen veel mooie complimenten van haar. Dat ze blij zijn met onze inzet, dat we de andere moeders veel geleerd hebben door alles aan te pakken wat er gebeuren moest en ook klussen hebben aangepakt die niet zo leuk zijn en dat de moeders ons misten als we vrij waren. De andere zusters lieten zich groeten en wensen ons een behouden terugreis. Ze waren op outreach en dus niet persoonlijk in staat om ons gedag te zeggen.
“We gedenken jullie in onze gebeden. God zegene jullie!” zei ze.
Wat wordt je stil van zulke mooie woorden. Want wat hebben we nou eigenlijk gedaan? Gewoon, gewerkt. Fijn, dat we zoveel hebben kunnen doen voor hen, fijn dat we vanuit Nederland zoveel geld gekregen hebben om hen te kunnen steunen.

We hebben ook onze kans nog even gepakt om met “onze”non op de foto te gaan. Ze wilde wel, als wij dat graag wilden. Volgens mij vond ze het stiekem best leuk.
Even later vroeg ze me verlegen of ik haar een gunst wilde doen en of ik een brief voor haar wilde posten in Nederland. Er was bezoek geweest van een priester uit Zeist en ze had een brief voor hem geschreven. Natuurlijk willen we dat doen,graag zelfs.
Op de achterkant van de brief stond het adres van het weeshuis. Dat is mooi. Nu kunnen we een paar foto’s vanuit Nederland naar hen opsturen. De moeders wilden de foto’s die we hebben gemaakt zelf ook graag hebben.

Vandaag was ook de moeder er weer die onze eerste week de dagdiensten had. Ze begroette ons blij en vond het leuk dat ze ons weer zag. We vroegen of ze met ons op de foto wilde en ze begon direct de kinderen bij elkaar te roepen. Dat is nog een hele opgave, maar uiteindelijk lukt het om een aardig groepje bij elkaar te krijgen. Ze geeft aan dat ze ons zal gaan missen…ja, wij jullie ook! Hoe zal het hen vergaan in de toekomst?

We delen lollies uit en geven de chipjes en limonade aan de non voor vanmiddag. We waren er net te laat mee, ze waren al begonnen aan de ronde chippies. Grappig hoe goed de kinderen luisteren en gaan zitten als je ze iets lekkers voor houdt. Ze genieten er volop van, en ook de moeders, kooksters en wasvrouwen worden ook niet overgeslagen. Van alle kanten komen mensen aan lopen om ook een lolly te kunnen snoepen.
Kleverig en al komen de kinderen weer lekker met ons spelen, en ach wat geeft het, we spelen lekker mee. Eind van het verhaal is dat iedereen lekker kleverig naar het eetkamertje gebracht wordt voor de nsima, de maïspap met groenten saus. Met ons viertjes geven we de kids lekker eten, poetsen ze weer schoon, verschonen de luiers en leggen ze daarna in bed. Lekker even kriebelen over de rug en één voor één vallen ze tevreden in slaap.

Dan gaan we echt afscheid nemen. Van de kinderen hebben we afscheid genomen tijdens het spelen en knuffelen, de moeders en de non moeten nog. De vraag komt al direct: wanneer komen jullie terug?
Handen schudden en knuffelen, zwaaien naar de anderen en nog eens vertellen dat we vandaag echt voor het laatst zijn. Gelukkig hebben we de foto’s nog…

We gaan met de bus terug naar de stad om lekker te lunchen en even na te praten. Afscheid nemen blijft een moeilijk ding.
En zoals het bij vrouwen werkt, shoppen helpt… we gaan naar de craftmarket om nog wat souvenirs te kopen.

Dan is het tijd om naar het project van Marjan te gaan en daar afscheid te nemen. Marjan heeft in een weeshuis gewerkt, waar ook een schooltje bij zit. Ze heeft veel verschillende dingen kunnen doen, les geven, koken, spelen met de kids, enz.
Het is leuk om in het weeshuis rond te kijken en de kinderen zijn niets verlegen. Ze komen zo op schoot zitten. Alle mensen (vrijwilligers, maar ook bezoekers) die daar komen worden ‘aunty’, tante, genoemd. De eigenaars van het huis worden vader en moeder genoemd.
Er heerst een strakke structuur in het huis. Marjan vertelde dat het huis wordt gesponsord door Amerikanen, en als er bezoek komt, krijgen de kinderen direct opdracht om de boel op te ruimen en schoon te maken. Als wij komen, gaan ze zich snel omkleden in hun rode shirt van het huis. Een voor een moeten de kinderen hun voornaam zeggen om hen voor te stellen aan de nieuwe aunty’s. Als wij aan de beurt zijn doen we gewoon vrolijk mee. Even lachen met de kinderen. De kinderen bidden, dansen en zingen voor ons. Als ze gaan zingen worden ze door de moeder in positie gecommandeerd, en braaf staan de kids in lijn. De kleintjes voor,en de groten achter. Er zit een goed volume in hun zang en er wordt ritmisch meebewogen.

Marjan heeft ook lekker chips, lollies en drinken meegenomen. In de keuken is dat allemaal keurig in bakjes en bekers gedaan, en de kinderen genieten ervan. Een van de kinderen komt met zijn lolly naar me toe en zegt: “Aunty, can you help me?” Ik hoor er al helemaal bij.

Dan kunnen de kinderen lekker naar buiten. Ze spelen met de bal, met waskrijtjes en met elkaar. We kijken even toe en dan krijgen wij ook wat drinken. We moeten voort gaan maken, want de tijd loopt door! Het is al na vieren en voor het donker moeten we binnen zijn. We nemen afscheid, en zelfs wij, als vreemde aunty’s, krijgen knuffels van de kinderen. Het zijn vriendelijke kinderen, gehoorzaam en speels. Ze hebben het hier goed.

Dan gaan we lekker naar huis. We zijn moe, voldaan en het voelt een beetje onwerkelijk allemaal, een dag vol afscheid nemen. Het is tijd om dit te gaan verwerken…

Als we uit de bus stappen nemen we lekker een geroosterde maïskolf mee. Daar azen we al een poosje op, maar elke keer stond hij er nog niet.

Inmiddels zijn we al weer een nachtje verder en het blijft een vreemd gevoel. We zijn hier nu eigenlijk al zo lang, maar het is voorbij gevlogen. Straks moeten we de koffers al gaan pakken. Hoe gaan we alles er weer in proppen? Ach, de heenweg ging het dus het zal nu ook wel lukken.

Het is al een dag of 3 bewolkt en maandag, toen we gingen shoppen voor het project, heeft het zelfs flink geregend. Met een poncho aan hebben we, door de regen, de stoffenmarkt bezocht. Gelukkig is die overdekt. Het was er natuurlijk erg druk, iedereen was aan het schuilen voor de regen, dus we moesten een beetje wringen, maar dat hoort er gewoon bij. Prachtig al die stoffen. We genieten van het shoppen, uitkiezen en rondkijken. De dames zijn blij met onze klandizie. Het was nog niet zo’n goede verkoopdag met de regen. Gelukkig konden we droog naar de stad wandelen om de rest van de boodschappen te doen.

Als het weer een beetje meewerkt gaan we straks even lekker zwemmen. Lekker relaxen in een luie stoel met een goed boek. Aansluitend gaan we de bestelde spullen halen bij de craftmarket en boodschappen doen voor de barbecue vanavond. Vandaag geen kip slachten, we halen het gewoon bij de supermarkt.

Vanuit Malawi is dit ons laatste blog. Het is leuk om aan het blog te werken. Er gaat een hoop tijd in zitten, maar de avonden ben je toch thuis. Het is een goede manier van verwerken wat je allemaal mee maakt. We vonden het super leuk om elke keer alle reacties te lezen. Tijdens het ontbijt keken we vaak even of er nog bijgekomen waren. Bedankt voor jullie lieve woorden en steun!

Op safari in Zambia - South Luangwa

Al weer een week voorbij… en wat voor week. We hebben afgelopen dagen een safari gemaakt in Zambia.
Donderdag morgen om half acht moesten we bij Kiboko zijn. Via de organisatie hebben we deze trip geboekt. Alles lekker geregeld. En ik moet zeggen, alles perfect geregeld! Op zn Afrikaans vertrokken we natuurlijk niet op tijd, maar wie geeft er nog wat om. We zijn gewend aan geduldig zijn en wachten. Met een mooie Landrover Jeep, waar 9 mensen met gemak in kunnen, vertrokken we tegen een uur of acht richting de grens.

Ons gezelschap is aangevuld met 4 vriendelijke Belgen. Ria met haar man Karel en 2 van haar broers, Wil en Gert.
Gert zijn dochter werkt op een schooltje in het noorden van Malawi, en na de safari gaan ze haar opzoeken.

Het uitzicht onderweg is steeds de moeite waard. De natuur van Malawi is prachtig en de dorpjes en marktjes waar we langskomen blijven onze aandacht trekken ondanks dat we het al vaker gezien hebben.


Bij de grens moeten de nodige papieren ingevuld worden en wordt ons vaccinatieboekje nagekeken. Zonder Gele Koorts vaccinatie kom je er mooi niet in. Verder is het meer een formaliteit en duurt het even voor we er allemaal doorheen zijn. Dan gaan we vol goede moed Zambia in.

Het verschil is direct te zien. Hier geen lemen hutjes maar huizen van bakstenen. Sommige schuurtjes zijn wel van leem, maar de levens standaard lijkt hier wat hoger te liggen.

Ook zie je her wat meer huisdieren. Koeien, geiten, ezels en honden. De mensen zwaaien naar ons. Blanken blijven een bezienswaardigheid.

Vlak na de grens gaan we lunchen bij Mama Rula’s B&B. Mike, onze chauffeur heeft een lekkere lunch meegenomen vanuit het hotel Kiboko.

We eten er lekker van en rijden dan weer verder. De temperatuur loopt op en we dutten allemaal een beetje in. Rustig rijdt Mike verder richting ons doel. Na een uurtje komt er weer wat meer leven in de groep. Er wordt weer gezellig geklets en tegen een uur of vier draait Mike een grindweg op. De spanning stijgt…we zijn er bijna. We volgen de bordjes naar Track en Trail lodge. Daar rijdt Mike ons tot vlak bij de tenten waar we zullen gaan slapen.

Onze gids voor de komende dagen, Mathews, heet ons, in de eettent, welkom en geeft ons een korte uitleg over de gang van zaken op het kamp. Vandaag gaan we niets meer doen en om een uur of zes zullen we gaan eten. Er volgen nog wat meer spannende details. Zo mogen we na zonsondergang echt niet alleen het terrein over. De nachtwaker James zal ons ten alle tijden begeleiden. Hij zal ‘s nachts in de eettent de wacht houden en de beesten in de gaten houden. We kijken elkaar eens even aan… hippo’s en olifanten op het terrein???
Ook moeten we er om denken om de deur van de tent altijd dicht te houden. Aapjes gaan graag op onderzoek uit en zullen hun kans niet laten gaan. Fruit mogen we niet in de tent bewaren. Dat ruiken de olifanten en die zijn daar gek op. De gevolgen daarvan mogen we zelf bedenken.

We gooien de tassen in een tent en Mathews geeft ons een rondleiding. Bij de bar doen we even een drankje. Dat is Eric’s domein. Een vriendelijke kerel, in voor een geintje.


Dan gaan we ons even instaleren in de tent en even relaxen op de stoelen die voor de tent staan.

Het ziet er allemaal keurig uit. Een goed en schoon bed, dekens en handdoeken, een kastje om de kleding in te doen. Zelfs een ventilator. Het wordt flink heet in de tent dus dat is echt heerlijk.
Als we voor de tent zitten, rennen de apen om de tent heen. Bavianen en kleinere aapjes spelen er lekker op los en houden ons goed in de gaten. Ze vluchten weg als je te dicht in de buurt komt, en de flits van het fototoestel vinden ze ook eng. Het valt nog niet mee de bewegelijke dieren op de foto te zetten.
Het diner wordt geserveerd.

De etenswaren zijn vanuit Malawi meegenomen. In de buurt schijnt niet echt een goede winkel te zitten.
De spaghetti smaakt prima. De sfeer waar we het eten is geweldig. We kijken, zolang het nog licht is, uit op de rivier waar de hippo’s rondhangen en zo nu en dan naar elkaar brullen. Na het eten gaan we al vlot slapen. We zijn afgedraaid van het rijden en de korte nacht. Benieuwd of we een beetje slaap kunnen pakken vannacht.
Als we tanden willen gaan poetsen roepen we braaf om James. We voelen ons een beetje belachelijk. Het is pas net donker. Maar trouwe James komt aanlopen en brengt ons naar de toiletgebouwen. Hij wacht geduldig tot we klaar zijn.
Ook dit ziet er overigens keurig uit. Alles is stevig vastgezet. Zelfs het toilet papier zit in een kastje. De aapjes pakken alles wat ze pakken kunnen.
Eenmaal klaar stappen we naar buiten en roepen James weer. James staat ineens een stuk dichterbij dan waar hij ons alleen verder liet lopen… Hij schijnt op de bosjes en zegt, “Look, there’s the hippo.” We zien nog net een dikke kont het struikgewas in duiken. Zo, hebben wij even geleerd dat James echt heel belangrijk is. De hippo’s schijnen de meest gevaarlijke dieren hier te zijn. Vanaf nu nemen we dat zeer serieus.

Giechelend kruipen we ons bed in. Elk geluidje maakt ons alert. Toch maar de oordoppen in. Anders komt er natuurlijk niets van slapen terecht. Het is morgen vroeg dag! Om 5 uur wake up call, om 5.30 uur ontbijt en om 6 uur vertrekken we voor onze eerste game drive. Spannend!!! Zin in!!! Gaaf!!!

De eerste nacht verloopt niet zonder slag op stoot. Natuurlijk moet er midden in de nacht geplast worden. Als Mariska James eindelijk gevonden heeft en weer veilig in bed ligt, moet Lisa natuurlijk ook nog. Maar James is onvermoeibaar en brengt ons weer veilig terug. Om 5 uur staat hij inderdaad voor de deur en vraagt ons of we lekker hebben geslapen. Mmmwa, dat is toch iets tegen gevallen.
Gauw wassen en aankleden. Omdat het nog donker is worden we ook nu geëscorteerd. We ontbijten met een prachtig uitzicht. Op de zandplaat in de rivier, voor de camp site, ligt een flinke krokodil te relaxen en een paar hippo’s hangen wat rond aan de kant van de plaat.

Dat maakt dat je broodje ei toch net even beter smaakt. Onvoorstelbaar. 5.45 uur ontbijten in de buitenlucht met zo’n uitzicht.

Het duffe gevoel verdwijnt snel…zeker als een aapje uit een boom komt springen en snel het resterende brood uit de schaal pikt, voor James hem te pakken heeft. Hij krijgt wel een steentje tegen zijn kont geschoten. Zeer behendig raakt James hem om dit kunstje af te leren.
Het is net licht geworden en nog lekker koel. Voor we het terrein af zijn zien we de eerste dieren al. Er lopen puku’s over het veld. Er zijn ook van kleintjes bij. Alles is nog nieuw, en we zijn overal even enthousiast over. Mathews neemt rustig de tijd om ons alles te laten zien. Om bij het park te komen zijn we al een uurtje bezig geweest met de puku’s en de olifant die we even later zien staan.

Deze grote kerel schijnt ook wel eens in het kamp te komen buurten. Nice… bij de brug naar het park hebben we prachtig uitzicht op de hippo’s in het water. Aan de oever ligt een kanjer van de krokodil.


In het park zien we nog een hoop dieren en vogels. Mathews vertelt enthousiast over alle dieren en wijst ons op de dieren die we zelf niet zien. De meest kleurrijke vogels komen voorbij. De Belgische reisgenoten zijn ware vogelspotters en spotten veel mooie vogels. Terwijl we naar een paar dieren zitten te kijken start Mathews ineens de auto. Dat is nieuw, hij vraagt altijd of we genoeg hebben gezien. Hij zegt achterom: “ik hoor de apen gillen, we gaan kijken waarom ze dat doen.”
Hij geeft wat gas en weet precies war hij heen moet. Wij kijken nog een beetje verbaast wat er allemaal gebeurd. Dan ineens staat hij ook weer stil. Daar, in het hoge gras komt een luipaard aangelopen.

Prachtig is het beest. Hij laat zich, net als alle andere dieren, niet van de wijs brengen door de auto en de toeristen. Ze zijn het een beetje gewend en weten dat er niets zal gebeuren. Mathews rijdt een stukje met het dier op zodat we haar goed op de foto kunnen zetten. Wat een prachtig statig dier. We genieten volop van het cadeau wat we hier in onze schoot geworpen krijgen. Dan laten we haar weer rustig haar weg vervolgen en rijden wij door op zoek naar het volgende dier. Terwijl wij aan het nagenieten zijn van het luipaard, vliegen de vlindertjes voor de auto uit. Wat een idyllisch plaatje, wat een heerlijke morgen, wat een grote bof, wat een zegen dat we dit allemaal mogen zien.
Onder een grote boom hebben we even koffie pauze.

Door de verrekijker van Wil zien we een hoop vogels voorbij komen en heb je prachtig zicht op de vlakte.

Dan gaan we weer verder op zoek naar de big five. Mathews legt uit dat het er hier maar 4 zijn. De neushoorn leeft niet in dit park. We gaan dus voor de Big Four en de giraffes, zebra;’s en impala’s.

De laatste zien we in overvloed. Prachtige beestjes en zo elegant. Ze staan ons gerust aan te kijken terwijl we op 2 meter afstand foto’s staan te maken. Onderweg zien we het achterste deel van een buffel.
Dat maakt als 2.5 van de Big Four. Hopelijk zien we de voorkant ook nog een keertje.
We gaan terug naar het tentenkamp voor een brunch. En trek hebben we. Het was vroeg vanmorgen dus de maaltijd gaat er goed in. Tot half vier zijn we vrij om te doen wat we willen. Daarna is er thee en gaan we voor de middag en nacht drive weer het park in.

We vermaken ons prima op het terrein. We gaan lekker even het zwembad in, en kruipen daarna met onze ereader de hangmat in.

Dat is prima vol te houden zo. Het zonnetje is warm. Gelukkig hangen de matten onder een goed afdakje. We kunnen genieten van het uitzicht op de rivier en laten ons geregeld afleiden door de geluiden en aanwezigheid van de dieren.

Na de thee staat de jeep weer klaar om ons mee te nemen op een nieuw avontuur. In natuur documentaires zie je nog wel eens hoe ze leeuwen filmen in het donker. Zal het voor ons ook zo gaan?
Onderweg zien we zebra’s, veel impala’s, puku’s en waterbokken. We kijken bij de rivier, onder het genot van een drankje, naar de zonsondergang die prachtig is. De lucht en wolken kleuren mooi mee.


Dan gaat het grote avonduur van de nachtsafari beginnen. De spanning bouwt zich op, maar helaas zien we geen grote dieren. Wat mangoesten en een Civet kat. Maar het spotten in het donker is spannend. George, die mee is gegaan om rond te kijken met een sterke lamp, ziet de kleine beestjes en wijst ons er op. Hij houdt ze in het licht tot iedereen rustig heeft kunnen kijken met de verrekijker. Foto’s maken gaat niet. De diertjes zijn te ver weg om er goed op te krijgen. Dat geeft ons ook de rust om uitgebreid te kijken naar al het moois. Eindelijk kunnen we ook de hippo’s eens rustig bekijken die nu aan het grazen zijn. Wat een enorme dieren. Ze heeft een jong bij zich en duwt dat voor zich uit, uit het zicht van ons.

Als we terug zijn staat om 20 uur het diner klaar. Daar zijn we aan toe. Het smaakt weer prima. Achter ons de geluiden van de dieren. Ook vanavond lopen de hippo’s gewoon over het terrein. Het wordt al bijna gewoon. Na het eten gaan we snel slapen. Morgen volgt weer een vroege dag, en we moeten nog wat inhalen! Nadromend over de prachtige dieren die we hebben gezien vallen we lekker in slaap. We slapen al een stuk beter, zelfs zonder de oordoppen en we hebben James die nacht gelukkig niet nodig.

De volgende morgen genieten we weer van het heerlijke ontbijt met pannenkoek. Een gekookt eitje en lekkere toast. Om 6 uur gaan we weer lekker op pad. We rijden de olifanten, zebra’s, varkens en impala’s al vlot weer voorbij. We zien ook vandaag de prachtige visarend weer op zijn tak zitten. Als we hem bewonderen horen we ineens het geluid van nog een vogel. Zijn vrouwtje komt aan vliegen. Ze begroeten elkaar.

Visarenden blijven hun hele leven bij elkaar. De begroeting tussen de twee geven me kippevel. Even later wordt er voor onze ogen gepaard. Ze zorgen voor het nageslacht… Wie kan nou zeggen dat hij parende visarenden heeft gezien. Onder het nodige gegiegel en de grappige opmerkingen rijden we weer verder. Vandaag willen we graag giraffen en leeuwen zien.
als we andere trucks tegen komen wordt er even overleg gepleegd tussen de gidsen en opeens verteld Mathews ons dat er leeuwen zijn gespot en dat we gaan kijken. De spanning in de auto loopt op en we kijken allemaal goed rond. Uiteindelijk, een stukje van de paden af, zien we ze lopen. Mathews rijdt ons er heen en we kijken, allemaal onder de indruk, naar de 4 leeuwen die voorbij komen lopen.

Wauw… fototoestellen blijven klikken en de verrekijker gaat van hand tot hand.
Als de beesten zich in het struikgewas terugtrekken rijden we weer verder. Op zoek naar giraffen. Mathews verteld dat ze wel gezien zijn, maar dat was nog een heel stuk rijden van waar we nu zijn. Geduldig rijden we verder en kijken naar de andere dieren die we zien.
Dan ineens staat er een eenzame giraffe tussen de bomen.

Je ziet hem bijna niet. Het klinkt raar, maar het dier valt weg in de omgeving. Ook hij laat zich rustig fotograferen. En weer genieten we volop van het moois wat God geschapen heeft.

Na de brunch kunnen we weer even lekker ons eigen gang gaan. Na een duik in het zwembad zoeken we een mooi plekje om verder te relaxen en te lezen. Een van de werkmannen laat ons een schorpioen zien die tussen de opgerolde tuinslang verkoeling heeft gezocht tegen de warmte. Terwijl we verder lopen naar het toilet denk ik: tuurlijk, nog meer beestjes om voor uit te kijken.
Het toilet is inmiddels ook vergeven van de vliegen, muggen, vlinders, motten, spinnen en oorwurmen (van een gigantisch formaat). Maar een uurtje later is alles schoongemaakt en zijn alleen nog wat muggen en vlinders terug te vinden in de ruimte. Dat plast een stuk ontspannender.

Als we om 16 uur het park weer in gaan voor de nachtrit, vinden we een stel hippo’s in een vijver vol met kroost.

Het is een te schattig gezicht om de snuiten van de beesten boven het kroost uit te zien komen. Je zou haast vergeten dat ze best gevaarlijk zijn.

Tijdens de rit ziet Mariske ineens giraffen. En dat op een heel flinke afstand. Mathews gaat direct op de weg die Mariske wijst, maar gaandeweg slaat de twijfel toe. Ze zijn moeilijk te zien. Hoe dichterbij we komen hoe minder we geloven dat ze er ook echt zijn, maar Lisa ziet dan ineens een staartje heen en weer gaan van iets wat van een afstand een struik leek. Mathews volgt weer alle aanwijzingen op en jawel, daar staat een pracht van een giraffe. Een meter of 10 verder op staat zijn maatje. Het is prachtig! Wat boffen we.
We spotten nog een bepaald soort arend. Hij is nog jong en heeft nog niet het volledige verenpak dat zijn ouders wel hebben.
dan kijken we weer naar een prachtige zonsondergang. Een groep bavianen verderop begint ruzie te maken. Een hoop gekrijs en geschreeuw en geren achter elkaar aan. Ondertussen wordt er ook heel wat af gepaard. Dat kan allemaal zo. We staan daar met een flesje fris en een biscuitje in de handen rustig naar te kijken. Wat gebeurd er toch allemaal. We vinden het een beetje spannend, maar de gidsen verzetten geen voet en kijken rustig rond. Dan zal het wel in orde wezen.
De hippo’s krijgen blijkbaar te weinig aandacht want ineens komen die ook in beweging. Een stukje achter ons volgt er een hoop gebrul van de beesten en voor ons zijn er twee naar elkaar aan het happen. Je kijkt je ogen uit.
Als de zon volledig onder is gaan we gauw weer rijden. We vinden een eagel owl, nog wat mangoesten, een haas en een civet kat. Dan komen we op het kamp aan om lekker te dineren. Binnen het kamp zien we 3 hippo’s rondlopen. Een ervan is een indrukwekkend groot mannetje. Ongelofelijk wat een groot dier.
Tijdens de rit was het al flink aan het weerlichten, en nu merken we dat het frisser wordt en de wind zet aan. Dat kan niet anders dan regen betekenen. We gaan gauw de tanden poetsen. James is net de anderen naar de bar aan het brengen en wetend dat de hippo’s rond schuifelen wagen we ons er niet aan. Mathews staat bij de auto op het veld tussen de tenten en de wasgelegenheid. Hij wijst ons waar de hippo staat en zegt dat we door kunnen lopen.. dat doen we dan ook. Met enige haast…
Als we terug lopen staat het beest er nog, maar James is er ook weer om ons terug te brengen. Hij belicht hem nog eens even goed zodat we het echt goed kunnen zien. We horen het beest kauwen op het gras. Het is raar om te zien dat zo’n enorm beest gras aan het eten is, terwijl het niet eens zo heel hoog staat. Hoe bijt hij dat ooit af, zitten de slagtanden dan niet in de weg?

We pakken onze tas vast in. Morgen gaan we al weer naar Malawi terug. Het is ontzetten snel gegaan. Jammer, we zouden nog best zo’n dagje door het park willen.
Als we lekker in bed liggen, gaat het flink onweren en stevig regen. Een beetje spannend is het wel, zon bui doormaken in de tent, maar de regen kunnen ze goed gebruiken. En zelfs dat went snel, want terwijl het onweert vallen we in een diepe slaap. Morgen hoeven we niet zo vroeg uit bed. Tot 6 uur mogen we slapen. Om 7 uur vertrek. Wat een luxe.

De volgende morgen worden we weer gewekt door James en tijdens het gebruikelijke ritueel komen we er achter dat de elektriciteit is uitgevallen. Geen warm water, geen licht in de toiletten. Gelukkig is het nu al licht, dus geen probleem. Na het ontbijt maken we een mooie groepsfoto en aanvaarden we de terugweg.

Er wordt nog gestopt bij een stofververij. Prachtige dingen maken ze daar, maar de prijzen liegen er niet om. Dan rijden we weer verder richting de grens. Onderweg komen we een aantal palmpasen optochten tegen.

Mensen die vrolijk zingend, met palmbladeren zwaaiend en kleden op de grond leggend richting de kerk lopen. We zwaaien naar ze en van de eerste optocht krijgen we een paar palm bladeren. Bij de volgende optocht die we voorbij rijden zwaaien we vrolijk mee en de mensen waarderen het. Het helpt ons herinneren dat het bijna Pasen is. Je merkt er hier weinig van. Geen paashazen en chocolade eitjes hier.
We lunchen wee op dezelfde plek als de heenweg en tegen 15 uur zet Mike, onze chauffeur van Malawi naar Zambia en terug, ons af voor de achteringang van het huis. Heerlijk! Gauw de foto’s bekijken en een blog schrijven nu het nog vers in het geheugen zit!

Bor heeft voor het eten gezorgd vanavond dus we boffen. We kunnen ontspannen en skypen met thuis om de verhalen te vertellen.

Morgen gaan we boodschappen halen voor alle gulle gaven die nog zijn gestort. Iedereen heel hartelijk dank daarvoor. Het is een groot bedrag geworden en we zijn blij dat we zoveel hulp kunnen bieden. Dinsdag gaan we al afscheid nemen. Het is al bijna gedaan hier in Malawi. Woensdag koffer inpakken en dan donderdag al naar huis. Pasen vieren we thuis. Het zal weer wennen worden.

Tot gauw allemaal!


Donaties

De armoede komt soms als een harde wind op ons afwaaien. Het overvalt je en blaast je bijna om. Vooral in Senga Bay waar we van het weekend zijn geweest komt het hard binnen. Je ziet de leegte in ogen van kinderen en moeders. Wetend dat de maïs oogst waarschijnlijk gaat mislukken…
Ook onderweg van project naar huis zien we geregeld arme mensen bedelen. Een vrouw met twee kinderen die geen kleding aan hadden. We zijn direct naar een winkel gelopen om wat kleding voor deze kinderen te kopen, maar ze waren al weg toen we terug kwamen. Mensen die aangeven dat ze zo’n honger hebben. Een musley-reep die we nog in de tas hebben geeft even verlichting.

We delen waar het gaat, maar het lijkt zo’n hulpeloze situatie. Hoe help je mensen echt verder? Een boterham of kleding helpt voor even, maar hoe moet het morgen?
Een langdurige oplossing hebben wij niet, maar op kleine schaal kunnen we gelukkig helpen in het weeshuis. Dankzij gulle gaven hebben we al kunnen helpen.
De kinderen dragen hier katoenen luiers. Dat betekend simpelweg dat ze met één plasje al weer drijfnat zijn. In een van de winkels hier vonden we plastic overbroekjes. We hebben er flink veel gekocht, en ook deze hebben we gegeven. Omdat het biddag voor de nonnen was, elke donderdag, hebben we die direct aan de moeders gegeven. Maar de broekjes werden zonder toestemming van de non niet gebruikt. Gelukkig kwam zij aan het einde van de ochtend even langs en werden ze in gebruik genomen. Het scheelt al een hoop was en verkleed werk.


We hebben ook de kleding, die we meegenomen hebben uit Nederland, aan de kinder-non gegeven. Ze is een rustige en ingetogen vrouw. Alleen een simpel ‘thank you’, maar haar ogen spreken zoveel meer blijdschap uit. Alle kleding was welkom voor de kids in het weeshuis. Vandaag liepen veel van de kinderen al in de kleurige shirtjes en broekjes.

In overleg met de non hebben we een boodschappenlijstje gemaakt voor spullen die hard nodig zijn in het huis. Er kwamen basis spullen op het lijstje te staan. Zeepblokken, wasmiddel, vaseline voor de droge huidjes, babyvoeding. Vanmiddag zijn we gaan shoppen. We hebben niet alles kunnen kopen, en sommige dingen weten we gewoon niet te vinden, maar wat we konden geven hebben we gegeven. De spullen hier zijn duur (het meeste wordt geïmporteerd uit Zuid Afrika) en we kunnen zelf nog zoveel meer bedenken wat van pas zou komen in het huis.


Ik las Marianne’s reactie op een eerder blog van ons. Ik herhaal het even:
Vind u het ook leuk om op de valreep nog iets te doneren, dan kunt u dat overmaken op Iban nummer: NL 08 INGB 0006920341. Iedere euro (Kwacha) is welkom!
Als u mij een appje of mailtje wilt sturen, weten we dat het geld is overgemaakt.
zou u dat voor zaterdag 28-3 willen doen? Dit ivm ons komend vertrek naar huis.
Grotere donaties zullen we over geven aan “Doing Goood”. Onze plaatselijke coördinator komt wekelijks op het project en zal dat geld voor het project besteden als er ergens nood voor is.

De moeders zien ons elke dag graag komen. Elke morgen hetzelfde ritueel, elke morgen dezelfde begroeting. Vorige week was het tijd voor een aanvulling op onze Chichewa vocabulaire. Dat hebben we goed geoefend zodat we dat dan de volgende morgen zelf kunnen zeggen. Prachtig vinden ze het. Het schept een klein beetje een band.
Ze laten veel aan ons over. We hebben het inmiddels wel aardig door. Het dagritme is elke dag hetzelfde. Zo hard als we onze eerste dag hebben gewerkt, hebben we niet meer hoeven werken. Ik denk dat we daar zijn getest en geslaagd. Gelukkig hebben we kunnen laten zien dat wij echt kwamen om te helpen. We hebben nu gelukkig ook toestemming om foto’s te maken van de kinderen. Zo hebben we thuis toch een mooi aandenken aan hen.

We hebben onze ideeën bij moeten stellen. Waar we graag wilden spelen met de kinderen en bezig zijn, lukt dat eigenlijk niet. In het begin was dat moeilijk voor ons en hebben we echt moeten schakelen. Samen spelen lukt (nog) niet. Speelgoed wat veroverd is, wordt met hand en tand verdedigd. Voetballen wordt moeilijk als de bal niet losgelaten wordt. Even een handenklap spelletje spelen is ook niet makkelijk als je tegelijk je speeltjes moet bewaken. Leren delen en samen spelen zit er gewoon niet in. Dus passen we ons aan. Als we even één op één willen spelen, helpen we de speeltjes te verdedigen, en we corrigeren, waar nodig, het afpak gedrag. En dat is nodig. Meer is altijd beter en het gras is sowieso groener aan de andere kant. Elke dag durven de kinderen makkelijker te komen. Eén van de kindjes die eigenlijk nog niets van me wilde weten, heeft vanmorgen zeker 10 minuten met me zitten spelen. Toen we gingen eten kwam ze zelfs bij me zitten.
De kinderen hebben een bepaald woord wat ze geregeld tegen ons zeggen. We hadden geen idee wat dat nou moest betekenen dus we vroegen het de non. Ze vertelde dat het “bezoeker” betekend. Goed dat de kinderen het onderscheid kennen!
Het is goed om te zien dat de kinderen genieten van de aandacht die we ze kunnen geven. Het is een klein dingetje, in onze ogen, om even een knuffel of een aai over de bol te geven. Maar het is al zo veel… het is genoeg.
Als de kinderen lekker slapen, en de afwas (aan de pomp) is gedaan en de slabbetjes zijn weer schoon, gaan we naar huis. Dan zeggen we: ‘Tio nana’ (tot ziens). De moeders vragen altijd: ‘Mauwi’? (morgen?) Ze zijn blij als we weer komen, maar begrijpen ook dat we vrije dagen hebben.

Ons vertrek komt al weer snel dichterbij. Het is raar, we zijn nu aardig gewend aan de gang van zaken hier. De vraag blijft hangen, hoe moet het hier verder. Niet dat wij nou het verschil maken, maar hoe gaat dit land zich ontwikkelen? Er wordt wel gewerkt aan de opbouw. Overal langs de weg staan borden met reclames over de manier waarop ze daarmee bezig zijn. In het nieuwe deel van de stad staan alle kantoren en dat is eigenlijk het handelscentrum van de stad. Van daar uit wordt dus zeker wel aan de ontwikkeling en de economie van het land gewerkt. We bidden dat er, vooral voor de armen, een betere wereld wordt gecreëerd.

tot gauw!

Senga Bay

Vrijdag, begin van ons weekend. Vandaag gaan we op pad naar Senga Bay. Dat moet een klein plaatsje zijn aan het prachtige Lake Malawi. Vandaag gaan we het met eigen ogen zien. Net als op werkdagen gaat de wekker vroeg. Om 7 uur staat William voor met de tuk-tuk om ons naar het grote busdepot te brengen. Hij helpt ons gelukkig ook om het juiste busje te vinden, want man, wat een drukte daar. Busjes, mensen, verkopers, mensen met hun koopwaar op de grond…

Als we veilig in het busje zitten, laat William ons achter. Het busje zit zo goed als vol dus kunnen we bijna gaan. Mariska zit opgepropt tussen 3 andere mensen op de achterbank, ik een rij ervoor op het uitklap stoeltje, zonder rugleuning en voor mij zit Marjan op een zelfde stoeltje zonder rugleuning. Pfff moeten we dat misschien wel tot 4 uur volhouden? Ach, niet klagen, het busje is tenminste hoog genoeg zodat ik recht kan zitten, en ik kan mn benen kwijt. Kan veel slechter.

Zodra we zijn vertrokken zakt de vrouw achter mij wat onderuit en valt in slaap. Haar knieën geven mij net een steuntje laag in de rug. De vrouw slaapt diep, dus ik hang redelijk comfortabel tegen haar aan. Onderweg is er zoveel te zien dat de 2 uur in het busje redelijk vlot voorbij gaan. Het landschap van Malawi is prachtig. Wat zijn we blij dat we deze trip maken en dat we nu echt kunnen zien hoe beeldschoon het hier is. Als ik dat tegen Mariska zeg, kijkt een Malawiaan mij vragend aan. Ik vertaal de zin naar het Engels voor hem maar doe dat blijkbaar niet helemaal duidelijk. Ik zeg tegen hem: “It’s zo beautifull here.” En hij zegt tegen mij: “Me?”
We moeten vreselijk lachen. Ja, jij bent ook prachtig, maar ik bedoelde eigenlijk het landschap. Hij lacht vrolijk mee en kijkt daarna ietwat beschaamd snel weer naar buiten.
de chauffeur heeft het tempo er aardig in. Waar we van te voren gewaarschuwd zijn voor een trip van 3 tot 4 uur, zijn we met 2 uur al in Salima. Berg op ging het niet zo snel, maar berg af gaan alle remmen los. Wat een vaart maakt dat ding. Je hoort het busje aan alle kanten kraken en steunen, maar we zijn geen onderdelen verloren…

Als we aangekomen zijn in Salima willen we even een rondje lopen om de been,-en bilspieren weer wat leven in te pompen. Als we uit de bus stappen staan er direct een hoop mensen om ons heen. Waar willen jullie naar toe klinkt er van alle kanten. Marjan geeft aan dat we even willen rondlopen en wat drinken, een een man, genaamd Harry neemt ons mee op een tour door de markt en naar een tentje waar we wat kunnen drinken.


Harry beschermt ons goed. Als mensen ons ‘lastig vallen’, stuurt hij hen weg. Harry drinkt gezellig iets van ons mee en daarna gaan we weer verder met de tour.


Weer terug bij het busdepot zet hij ons in de goede bus en we geven hem een fooi voor zijn hulp. Hij raad ons aan om naar “Cool Runnings” te gaan, Samantha, de eigenaar ziet hij vaak voor boodschappen op de markt. We moeten haar de groeten doen als we haar zien. Dan neemt hij afscheid en gaat de bus weer verder.
Dit laatste traject zou ongeveer 20 kilometer zijn. Dat is toch te doen. We verwachten er dan ook snel te zijn. Maar niets is minder waar. Dit is een minibusje wat ook pas wil vertrekken als het vol is. Op het depot was dat niet gelukt, dus nu gaan we naast de weg in de brandende zon staan wachten. De temperatuur ligt hier vele malen hoger dan in Lilongwe, wat op een berg ligt. Salima en Senga Bay liggen in een vallei en het is hier dus veel warmer.
Maar uiteindelijk is de chauffeur zo slim om ons even in de schaduw van en boom te zetten. Dat is al een stuk aangenamer.

Met wat geduld komen we uiteindelijk aan in Senga Bay. Een paar mannen uit de bus vragen ons waar we heen willen en helpen ons om naar de lodge te komen. Dat was ons zelf niet gelukt want het dorpje is een doolhof van paden tussen huizen en gebouwen door. Er is niets bestraat, en zelfs niet verhard. We lopen op los zand. Hier zie je nog de traditionele huizen van klei en bamboe. De bewoners noemen het zelf traditioneel…
Onderweg doen de heren ons een aanbod om ons naar het eilandje te brengen zodat we daar lekker kunnen snorkelen. Het zou er prachtig moeten zijn.

De heren leveren ons keurig af bij Cool Runnings. Het kom op ons over als een oase van rust en kalmte. Er ligt een dik gras tapijt op de grond en we lopen richting de zee. Vlak daarvoor staan een paar prachtige grote bomen die voor schaduw zorgen, een heerlijk windje dat voor verfrissing zorgt en een heleboel ligstoelen met een dik matras erop. Een ervan roept heel hard mijn naam… wat ziet dat er heerlijk uit!

We gaan met de manager in gesprek over de kamer en de prijs en hij laat ons een drie persoonshutje zien, geheel voorzien van gaas, waar we prima kunnen slapen.

Hij verzekert ons dat er geen muggen zullen zijn. We gaan akkoord en spreken dan nog met de heren, die ons hier gebracht hebben, over de excursie. Het meer is echt heel rustig, dus Marjan hoeft echt niet bang te zijn voor een golvende boot, en echt waar, het is zo mooi onder water. We beslissen om het te doen, spreken een prijs en tijd af, geven de heren een aanbetaling voor benzine voor de boot en dan kan ik eindelijk gehoor geven aan het geroep van mijn ligstoel met dik matras. Later bleek dat ik de mieren hoorde roepen. De stoel lag er vol mee. Nadat ik een andere had uitgekozen, leek het probleem meer bij mij te leggen. Overal waar ik kwam, kwamen mieren. Maar uiteindelijk bleek het een probleem van de locatie te zijn. Elke dag moesten ze volop vergif spuiten om de beesten dood te krijgen. Overal zitten ze. Op de stoelen, in en op het toilet, in bed, overal. Het schijnt dat die mieren biljoenen eitjes per dag leggen, en dat uitroeien bijna niet te doen is. Ik heb ook nergens een nest kunnen ontdekken. Ze lopen er gewoon.

We relaxen wat en verkennen de lodge. Tegen 1 uur gaan we ons gereed maken voor de trip en zoals het een Afrikaan betaamd, worden we een kwartier te laat opgehaald. Het meer is iets minder rustig dan Marjan wenselijk vond, maar gelukkig was het vol te houden. Het duurde niet heel lang of we waren op het prachtige eilandje, waar we de visjes in verschillende kleuren al zagen zwemmen.

Helaas zijn dat ook zo ongeveer de enige visjes die we gezien hebben. Het water was erg troebel. Wat een pech, er was niets te zien. Pas als ze voor je duikbril langs kwamen zwemmen zag je ze. De pret was dus van korte duur maar dat is de natuur. Het heeft veel geregend in Mozambique, en dat zorgt ervoor dat er vanuit de rivieren veel water het meer in loopt. Dat veroorzaakte het troebele water. Na een rondvaart om het eilandje heen zijn we maar weer terug gegaan.

We moeten de teleurstelling even van ons af schudden, maar daarna pakken we de draad weer op, we gaan lekker douchen, en gaan dan bij de bar, onder het genot van een drankje, naar de zonsondergang kijken. Wat een prachtig gezicht. De wolken kleuren roze op, en het eiland staat vol in het licht.

George, die we in Kiboko, een restaurantje in Lilongwe, hebben ontmoet, blijkt ook in de Lodge te logeren. Hij en een vriendin van hem komen gezellig bij ons zitten en we kletsen wat. Om half 7 worden we geroepen dat ons diner klaar staat en dat we aan tafel kunnen. Het eten is heerlijk. We hebben van de heren gehoord dat er een feestje is in het dorp en dat we zijn uitgenodigd. Het schijnt elke weekend feest te zijn, maar vandaag viert ook een lodge eigenaar zijn verjaardag. Marjan heeft een van de mannen vanavond een drankje beloofd in de onderhandeling om een paar armbandjes. Ze gaat er samen met hem heen. Later horen we dat het een groot drank festijn is en iedereen al knap dronken was. Daar hebben we dus niets aan gemist.
Wij gaan op tijd slapen, het is een lange dag geweest. In het hutje is het bloedheet. Het verkoelende briesje is inmiddels gaan liggen en we liggen zwetend in bed. We horen de harde muziek de hele nacht door gaan. Lang leve de oordopjes. Dat scheelt toch al weer een hoop geluid.

De volgende morgen zijn we vroeg wakker. De matrassen op de ligbedden buiten zijn een stuk dikker dan die van ons bed, dus niet iedereen heeft even goed geslapen. We douchen even lekker en gaan dan ontbijten.

Een heerlijke omelet met geroosterd brood en een flinke mok thee. We genieten ervan. Om 9 uur staat Tash voor. Hij neemt ons mee naar zijn zus die stoffen verkoopt. Onderweg daar naar toe geeft hij ons een rondleiding door het dorp.

Het is mooi en indrukwekkend om te zien hoe mensen hier leven. De grote bakstenen huizen zijn van de rijken, de traditionele huisjes van de anderen. We mochten bij een mevrouw wel even binnenkijken. Het is niet meer dan 2 kamertjes met muren van klei en een dak van opengescheurde vuilniszakken en riet.

Het is hartverscheurend om dit te zien. Hoe kan je deze mensen helpen naar een betere leven? De toekomst ziet er voor hen, en alle kinderen, zo troosteloos uit.


Gelukkig zitten de meeste mannen hier in de visserij zodat je er in ieder geval elke avond wel iets te eten is. De kleine visjes die ze vangen worden eerst gekookt en daarna gedroogd in de zon. Een dag later worden ze dan in manden naar de grote steden gebracht en verkocht. Hij liet ons de droogrekken zien. Over een enorme oppervlakte staat tafels vol met visjes te drogen.



Tash vertelde ons dat het al 4 weken niet geregend heeft. Dat is voor het regenseizoen heel uitzonderlijk. De maïs staat er vergeeld bij en hij voorspelt honger de komende tijd. Ik bid dat er gauw wat regen zal vallen voor deze arme mensen.

De rondleiding ging ook naar de nieuwe school. Het is een project in aanbouw, gefinancierd door giften vanuit Europa. Het is een groot zanderig terrein waar verschillende klaslokalen, toiletten en de huisjes van de leraren staan. Er worden voorbereidingen getroffen voor een voetbal wedstrijd. Het is er ontzettend heet, maar de mensen vinden het prima zo. We horen later dat het hier in de zomer, zo rond oktober en november, om half 6 ‘s morgens al 43 graden Celsius is. Dan is dit inderdaad een prima temperatuur voor een voetbal wedstrijd…
Als we over het terrein van de school lopen horen we kindergezang. We luisteren even stiekem om het hoekje om de kinderen niet te storen, maar we moeten binnenkomen en komen zitten. Het blijkt het schoolkoor te zijn. Morgen gaan ze tijdens de kerkdienst zingen, en nu zijn ze aan het oefenen. Het gezang klinkt prachtig en wij zitten met kippenvel op de armen en tranen in de ogen te luisteren naar hun lofzang aan God.

Na een drankje aan de kant van de weg brengt Tash ons weer naar de lodge.

We gaan daar onze spullen weg halen, betalen en nog even rustig zitten. Er is ons uitgelegd dat op zaterdag veel minder minibusjes rijden. Voor een zacht prijsje wil iemand ons wel even naar Salima brengen. Daar stappen we in de grote bus. We willen nog even wat te snoepen voor onderweg kopen, en daar is Harry weer. Hij wil ons helpen maar komt direct in conflict met de buschauffeur. Er wordt veel geschreeuwd. We zijn ervan onder de indruk. Ik herken het gedrag van de kinderen erin. Vechten voor wat je wilt hebben en zorgen dat niemand het afpakt. Voor de lieve vrede wil stappen we maar in. Harry regelt iemand die bij de bus nog even koekjes komt verkopen.
De bus zit vol met jeugd die op kostschool zit ergens in deze regio. Ze hebben nu 2 weken vakantie en gaan op bezoek bij hun ouders. Dit zijn duidelijk kinderen van rijke ouders. Ze stralen het uit en kopen wat ze willen. De bus zit voorin dan ook vol met hun opgestapelde koffers.

De chauffeur wil mij daar met mijn neus voor zetten, maar die plaats weiger ik. Ik ga niet 2 uur lang naar een enorme berg koffer kijken. Bovendien wordt ik dan wagenziek. Hij zoek een ander plekje voor me en uiteindelijk hebben we redelijk comfortabele plekken. Gaandeweg voel je de temperatuur dalen. Fijn, daar waren we wel weer even aan toe.
De bus heeft wat moeite met het nemen van de bergen. Waar de minibus flink vertraagde in snelheid, kon deze bus niet meer boven komen. Met een hoop geloei probeerde hij al helling trekkend weg te kunnen komen. Het lukte wel, maar kostte wat moeite.
De terug rit is weer prachtig.

Het enige wat je mist is een kudde giraffen die door de vlaktes trekken. Het valt ons op dat er eigenlijk helemaal niet zoveel beesten te zien zijn. Vliegen, muggen en mieren, ja die wel, maar uitzonderlijke dieren hebben we nog niet gezien.
Volgende week gaan we op safari naar Zambia. Daar zullen we ze wel tegen gaan komen!

Tegen de tijd dat de billen en benen gevoelloos worden zijn we er gelukkig. Marjan heeft William al gebeld en hij komt ons straks ophalen. Het busdepot is zo mogelijk nog groter dan we dachten maar gelukkig kunnen we een plekje vinden waar William ons moet kunnen vinden.

5 minuten later is hij er dan ook. Hij brengt ons het laatste stukje weer naar huis.

Wat was dit een prachtige trip. Het was heel goed om een ander deel van Malawi te zien en te ervaren. De stadse wereld is zo anders dan die op het platte land. De natuur is er zo waanzinnig mooi en het Lake zo adembenemend. Wat boffen we dat we deze trip hebben kunnen maken!

Vandaag (zondag) doen we het rustig aan. Voor vanavond staat een barbecue gepland. Zoals jullie in vorige blogs hebben kunnen zien en lezen, is dat er hier veel levende kippen op straat worden verkocht. In het kader van de integratie hebben we in een gekke bui besloten dat we er eentje wilden gaan barbecueën. Janneke heeft een pracht van een barbecue geregeld, Steve, iemand die hier woont en werkt, heeft een kip voor ons gekocht en Bor en Lisa hebben samen met Blackness, ook iemand die hier woont en werkt, de kip geslacht.

Er was afgesproken dat Bor de kop er af zou hakken en Lisa de kip verder zou kaal plukken en de ingewanden eruit zou halen. Het koste Bor even wat moeite om de kop er af te krijgen maar toen hij eenmaal het mes er goed in had was het beestje zo dood.

Daar stonden ze dan, 1 met de kop in de handen en de ander met de rest om het bloed er uit te laten lopen. Blackness vroeg om een emmer warm water, zodat het kaal plukken beter gaat. Zo leer je nog eens wat.
De kip werd een poosje in het water gedaan en nu kon Lisa de rest doen. Samen met Blackness heeft ze de kip kaal geplukt.

Alsof ze het dagelijks doet. De kip werd daarna nog even goed afgespoeld onder de kraan, en vervolgens heeft Lisa de kip in mooie stukken gesneden.

De kip ligt klaar voor de barbecue! Dat wordt een feestmaal!

Tot het volgende blog maar weer, tio nana!!

Liefs Lisa en Mariska

Straatbeeld!

We hebben beloofd dat we wat zouden vertellen over het straatbeeld. Elke morgen als we weggaan, lopen we vanuit de achterpoort naar de weg. Dat is ongeveer 10 meter tussen de bonenplanten en maïs door. Van daar uit lopen we naar de “bushalte”, die ongeveer tien minuten verderop ligt. We lopen dan langs de grote weg door de berm. Meestal zit na 5 stappen mijn slipper al vol met grind, wat er dan natuurlijk eerst even uitgegooid moet worden.
Waar we eerst nog het Hollandse wandeltempo aanhielden hebben we ons aangepast aan de temperatuur. Soms worden we zelfs ingehaald door de locals…

Bij de bushalte aangekomen wachten we tot er een busje voorbij komt waar we onszelf nog bij kunnen proppen.

Dat kan 2 minuten duren, of een half uur. Vandaag was het record in de bus. 23 personen, (inclusief kinderen, dat wel) in een bus waar er 15 in zouden moeten kunnen. Geregeld staan er dan ook controles van de politie. De bekeuring schijnt niet mals te zijn dus wordt er voor die tijd gestopt, geteld hoeveel mensen er in de bus zitten en eventueel stappen er wat mensen uit. Dat dat in het zicht van de politie gebeurt, maakt dan eigenlijk niet uit. Eventueel stappen de mensen ook gewoon 50 meter verderop weer in.


Als we, (klem tussen de andere mensen die zich lang niet zo vaak douchen en schone kleding aantrekken dan wenselijk zou zijn) aangekomen zijn bij het busdepot, zoeken we de volgende bus op.

Als je mazzel hebt zit die bijna vol en vertrekt die snel, als die nog leeg is moet je gewoon een poos wachten. De busjes gaan echt pas rijden als er niemand meer bij kan. De tijd dat we op het project aankomen wisselt dan ook sterk. Een uur zijn we sowieso altijd wel bezig.
Maar er is onderweg zoveel te zien dat je je niet verveelt. We hebben de kippen aan het stuur als eens genoemd, maar ook verkopers die langs de busjes lopen en een hoop geschreeuw van de conducteurs om het busje vol te krijgen. Mensen gooien afval gewoon op straat. Heb je je flesje drinken leeg? Het raampje staat toch open dus gooi maar van je af.


Elk stukje ruimte wordt gebruikt. Vrouwen met hun handelswaar, bijvoorbeeld grote wasmanden vol met tomaten, gaan gewoon mee in de bus. Waar je je voeten dan moet zetten is van later zorg. Ook de kippen gaan mee, die worden achter in de kofferbak gezet. Hetzelfde geld voor geitjes. Geen probleem.
Als er uiteindelijk geen zitplaats meer voor hem is hangt hij zichzelf over de mensen heen.
De conducteur regelt ook dat iedereen betaald. Het wisselt per dagdeel zo ongeveer wat een ritje kost. Wij, als blanken, worden nog wel eens afgezet. De prijs verandert dan ineens speciaal voor ons. Het is vaak niet eens zo’n groot bedrag, maar het wordt wel een principe kwestie.
De andere vrijwilligers reizen alleen en hebben dat veel minder dan wij, met ons tweeën. Als we niet akkoord gaan wordt en in Chichewa gesproken over en weer en hebben ze dikke schik. We proberen zoveel mogelijk gepast te betalen, maar dat gaat niet altijd.
Als we bij het laatste punt uitgestapt zijn, lopen we een stukje over een onverharde weg. Daar zijn de gevolgen van de regenval van afgelopen maanden ook te zien. Een aantal vrouwen is daar druk geweest met het ophogen en egaliseren van de weg. Ze scheppen vanuit de berm grond over de weg. Het wordt vanzelf weer vast gereden.

Op de terugweg stopt de bus op een andere plek. We moeten dan door een super drukke straat naar beneden lopen. Aan de zijkanten zitten mensen op de grond hun koopwaar aan te bevelen. Het is een waar mierennest aan mensen en auto’s. Onderweg zien we vaak mensen die aan het bedelen zijn.

Er zijn veel mensen met een beperking, maar daar zijn blijkbaar wel wat voorzieningen voor. Er loopt een man met een rollator die we al een aantal keer hebben gezien en verschillende keren heb ik een rolstoelfiets voorbij zien komen. Niet zo modern als in Nederland, maar zeker functioneel.



Door de hitte lopen we, gelukkig wel naar beneden, het heuveltje af, naar de Shoprite waar we nog even boodschappen doen. De producten zijn allemaal erg duur. Alleen de groenten in het seizoen zijn ongeveer gelijk aan de Nederlandse prijzen. Malawi voorziet in weinig dingen voor zichzelf, waardoor de meeste producten ingevoerd moeten worden. Dat drijft de prijzen aardig op. Alleen maïs, dat groeit werkelijk overal.
Meestal doen we dan nog even boodschappen en vandaar uit lopen we naar het kleinere busdepot en rijden we naar huis. In de middag staat er bij de busstop, waar we weer uitstappen om naar huis te gaan een man met maïs op een bbq. Die smaken heerlijk en zijn niet duur.

Vanmiddag zaten we gezellig knus in de bus, en begonnen verschillende mensen een praatje met ons.

Als ze je 5 minuten kennen is het heel gewoon om Facebook en telefoon nummers uit te wisselen. Mariska kreeg dan ook een nummer toegeschoven. De mevrouw naast mij nodigde ons uit bij haar thuis. ‘Aan de andere kant van het stadion’ zei ze, ‘het is niet zover’.
Van de busstop naar huis zie je het, in aanmaak zijnde, grote voetbal stadion in de verte. In het begin een goed herkenningspunt voor ons. Bij de boom, die iets donkerdere bladeren heeft dan de rest, moeten we zijn. Om de heg heen, tussen de maïs en de bonen door, de zwarte poort door en dan zijn we er al weer.

Onderweg gebeurd er van alles in zo’n bus. Je rijdt gewoon over het tankstation heen, wie weet tref je daar nog klanten. Of misschien moet de jerrycan gewoon even gevuld worden. De busjes rijden hier totdat de tank helemaal leeg is. Dan gooien ze niet in één keer de tank vol, maar doen er weer 3 liter bij in (uit de jerrycan of bij een pompstation). Zo kan je weer een poosje verder. Bergaf gaat de moter gewoon uit en als je lang moet wachten bij een kruising, ook. Sommige busjes willen niet eens starten en worden even aangeduwd voor we weg kunnen. Ook zie je vaak genoeg allerlei lampjes branden, zoals van de olie en de accu, ook de kilometerteller en snelheidsmeter doen het niet. Een lekke band is ook niet direct een reden om niet verder te rijden, en schokdempers… volgens mij zijn die allemaal kapot. Begrijpelijk, de wegen zitten hier vol met gaten. Het schijnt dat er met de regentijd zoveel regen valt dat de wegen er stuk van gaan. In ieder geval kan je aan de kant van de weg goed zien dat de weg afbrokkelt. Als mensen uit willen stappen rijden ze iets de berm in, die ook een flink eind lager ligt dan de weg. Maar hoe de busjes er ook aan toe zijn, ze rijden gewoon door. Als de chauffeur hoge nood heeft stopt ie gewoon even in de buurt van een boom. Eigenlijk kijken we niet snel meer op van zulke acties. “Pangone, Pangone”, alles op het gemakje. We passen ons wel aan.

Omdat dit vroeger een Engelse kolonie is geweest wordt er links gereden. Het oversteken van zo’n drukke straat is een hele uitdaging. Je zou verwachten dat we daar inmiddels aan gewend zijn, maar niets is minder waar. We moeten elkaar nog geregeld vastpakken als we de situatie verkeerd bekijken. Het rijdend verkeer houdt ook niet echt rekening met de voetgangers. Meer dan eens hebben we gezien dat het maar net goed gaat. Als je niet aan de kant gaat, heb je een probleem. Gelukkig hebben we 2 paar ogen om elkaar in de gaten te houden. Best wel eens nodig...

Van het weekend hopen we naar Senga Bay te gaan. foto'sen verslag volgen binnenkort!

Tio nana!

-X- van ons

Naar de Kerk!

Zondag 14 maart 08.00 uur : Tijd om naar de kerk te gaan. We hebben van een andere vrijwilliger gehoord waar een leuke kerk zit, en samen met Mariske (een medevrijwilliger) gaan we er heen. De dienst zou ergens rond 8.30 ongeveer beginnen. Als we om 8.10 uur aankomen (verrassend genoeg waren de busjes vlot vanmorgen) is de dienst die om 6.00 uur is begonnen nog niet afgelopen. We wachten even in de schaduw. Rond half negen komen de kerkgangers uit de zaal gelopen en iedereen kijkt blij en er wordt veel gelachen en gepraat. Enkele kerkgangers komen ons de hand geven. Dan lopen we naar boven. Het gebouw is eigenlijk een complex met verschillende kantoren en winkels. Een van de zalen is omgebouwd tot kerk. We gaan ergens achterin zitten, maar even later wenkt de kosteres ons dat we naar voren mogen komen. Waar wij zitten lijkt een beetje de plaats van de jeugd en de kinderen.

Voorin speelt een band en er staat een pastor op het podium. Hij roept van alles, en naarmate de muziek harder gaat, wordt het steeds meer schreeuwen. De enige woorden die we nog kan onderscheiden zijn: “Jezus”en “Halleluja” We laten het rustig over ons heen komen, maar voelen ons niet helemaal op ons gemak. Na wat liederen, veel van Michael W. Smit, komt er een andere pastor op het podium. Wederom hetzelfde ritueel. Er is weinig van te maken maar de mensen staan te zwingen, te zingen en te bidden. Er is veel beleving.


Dan komt uiteindelijk de voorganger het podium op. Hij preekt over verschillende Bijbelteksten met als kern het vertellen over Jezus aan anderen. Het is onze plicht als Christenen om elkaar te waarschuwen en over Hem te vertellen. We hebben onze Bijbels mee en omdat mijn buurvrouw de teksten opschrijft en ik op het blaadje kan spieken, kan ik de teksten ook nog vinden en meelezen. Soms versta je bijna niet wat er gezegd wordt omdat het zo snel gaat en het vertalen naar Nederlands nog niet altijd even soepel verloopt.


Tijdens de preek wordt geregeld instemmend “Amen” geroepen, en als de voorganger het verwacht maar niet hoort, vraagt hij er gewoon om. Elke keer als hij “Halleluja”zegt, roept de gemeente “Amen”. De voorganger vond dat er niet luid genoeg gereageerd werd en sprak iedereen daar ook op aan.
“Wat zijn jullie stil, zijn jullie het er mee eens?” en een luider “Amen”, klonk door de zaal.


Helaas werden de grapjes in het Chichewa gemaakt, die begrepen we dus niet maar er werd vrolijk om gelachen. Ook moest er met enige regelmaat iets hardop tegen jezelf, of je buurvrouw/man gezegd worden. Mijn buurvrouw en ik keken elkaar wat onwennig aan, maar vooruit, we doen gewoon mee. Lachend spraken we de man na. “Het gaat niet om mij, het gaat om Jezus.“

De collecte envelopjes en het collectemandje

Toen de preek ten einde liepen mochten de mensen die Jezus nog niet in hun hart hebben, naar voren komen voor een hand oplegging. Er werd muziek gespeeld en bij gebeden en de voorganger jutte de boel vanaf de preekstoel nog wat op.
Voor ons nuchtere Hollanders toch wel een beetje ‘to much’. Uiteindelijk zijn we naar huis gegaan. Na 2 uur op een tuinstoel vonden we het welletjes. Mensen lopen de hele dienst in en uit, dus we vielen niet op… nou ja, wel een beetje natuurlijk, we zijn tenslotte blank…
Een bijzondere ochtend, een bijzondere dienst, bijzonder om mee te maken.

Toen we terug liepen richting de bus werden we ingehaald door een man die ook in de kerk zat. Hij zag ons gaan en voelde dat God hem naar ons toe stuurde om te vertellen dat Hij al onze problemen zou verhelpen en dat het echt goed zou komen… Dat is een mooi stukje bemoediging, gekregen op een warme zondag ochtend in Malawi…

De rest van de dag hebben we lekker rustig aan gedaan. Het is fijn om een beetje te kunnen hangen, al duren de dagen soms wel heel lang als je zo vroeg wakker bent. Het was ook erg warm. We hebben geen thermometer, maar als ik schat de temperatuur toch wel boven de 30 graden.

Tot het volgende blog!

-X- Mariska en Lisa

Al weer een week voorbij!

Hallo allemaal,

Alweer een hele week voorbij. Wat gaat de tijd snel. Het was een week met ups en downs, veel indrukken, warmte (rond de 28 graden), weinig slaap en veel mensen om je heen.

Het werken op het project gaat ons steeds beter af. De kinderen kijken ons ‘s morgens nog raar aan maar kort daarna weten ze het weer en komen ze handjes geven en een knuffel halen. Ook het uitproberen is begonnen. Hoe ver kan ik gaan en wat gebeurd er dan?
Corrigeren van deze kinderen is moeilijk. Omdat ze gewend zijn een tik te krijgen als ze iets uitvreten, is een verbale correctie en een boze blik eigenlijk niet genoeg. Ze lachen je uit. Een van de kinderen die graag zijn best doet voor ons, doet het soms zelfs na, met waarschuwende vinger en al erbij

Wink

Je ziet dat de kinderen echt genieten van de aandacht die ze krijgen. Bij het middagdutje huilen de kinderen zichzelf vaak in slaap. Als je een minuutje over hun bol aait, zie je ze ontspannen en in slaap vallen.

De kinderen zijn onderling niet mals voor elkaar. Er is veel rivaliteit over de speeltjes, aandacht en de chipjes die elke dag gegeven worden. Zo klein als ze zijn weten ze al dat ze moeten vechten voor wat ze willen hebben. De leeftijd ligt ongeveer tussen de 7 maanden en 1.5 jaar. Er zijn 3 hele kleine kinderen. Hoe klein ze ook zijn, ze worden geregeld in een soort stoeltje gezet. Het lijkt een beetje op een potje waar de kinderen helemaal in kunnen zitten en goed ondersteund zijn. Ze leren zo snel zitten. Ook de chipjes van 9.30 uur sabbelen ze gewoon op. Deze drie kinderen krijgen nog niet van de typische maïspap, zij krijgen nog porridge. Als wij de kleintjes eten geven doen we dat met een lepeltje, de “mama’s” gieten gewoon een bekertje naar binnen. Daarna nog lekker een flesje melk en na een schone broek vallen ze, op hun buik, in slaap.

De andere kinderen krijgen wel van de maïspap met een sausje er over. Daar zitten wat groenten en soms wat vlees in. De maïspap is erg stevig. Een beetje als brinta die veel te hard is. Je kan een lepel er rechtop inzetten. Met een soort kromgebogen schuimspaan wordt dat in stukjes gedrukt en dan komt de saus er in. Nog een poosje goed roeren en dan kan je eten geven. De kinderen zitten in een kinderstoel bankje op een rijtje. Er zijn niet helemaal genoeg plekjes dus een aantal zit op de vloer en een paar op de bank tussen de mama’s.

Het leven in het weeshuis is erg gestructureerd, dus we hebben het nu aardig door. Als we komen is het douchen en aankleden, dan spelen de kinderen even in hun bedjes. We maken van het aankleden wel een leuke happening met een knuffel, wat gekietel en spelletjes onder het aankleden. Het valt op dat de kinderen niet weten wat ze moeten als je twee handen uitsteekt om ze op te pakken of zichzelf omhoog te laten trekken. Ze kijken je aan of ze water zien branden, of maken er een handje klap spelletje van. Na 4 dagen hebben een aantal kinderen door dat ze dan overeind mogen komen. Het is de hobby om van het ene bedje naar het andere te klimmen. Of over de rand richting vloer. Wij schrokken daar nog van in het begin, maar de kinderen weten precies hoever ze kunnen gaan. Als er een klem zit of niet meer weet hoe hij terug moet wordt er gehuild, verder reageren we niet meer, want het wordt een spelletje.
Daarna lekker buiten spelen. De kinderen van de andere groep zijn dan ook buiten. Zo kunnen we met hen ook een beetje spelen. Een beetje voetbal, een beetje handje klap en gewoon even een aai over de bol.
De kinder-non heeft de sleutel van de speelkast. Als zij er is dan gaat de kast open en komen er speeltjes naar buiten. Veel speeltjes op batterijen die natuurlijk al leeg zijn maar ook een xylofoon of gewoon een stuk plastic, een kartonnen doos of een leeg bakje vaseline. Alles is speelgoed. We hebben een aantal speeltjes op de kindergroep laten liggen. Dan hebben ze wat te doen als wij nog druk zijn. Ook hiertussen zijn er een aantal erg brutaal. Op straat merk je dat ook. Verlegen kinderen zijn er weinig.

De mama’s laten ons steeds vrijer met de kinderen. Op een gegeven moment zaten we met ons tweeën met ongeveer 40 kinderen. En juist dan slaan ze elkaar, vallen er 5 en gaan er een aantal gewoon maar huilen omdat het kan. Gelukkig zitten de mama’s op een schreeuw afstand. Respect voor alle mensen die dit dagelijks doen!

Gisteren hebben we nog even leuk zitten praten met de non. Ze vertelde over haar leven hier. Elke donderdag hebben ze biddag. Dan zie je geen nonnen. Ze brengt dan alleen de noodzakelijke spullen en de medicijnen. Er is een kapel ingericht in het gebouw waar zijn verblijven. Soms komt er een priester om een dienst te doen die dag, andere dagen doen ze het zelf. Elke dag wordt er op 3 momenten vast gebeden. Met de kinderen wordt dat eigenlijk niet gedaan. Een aantal van de oudere kinderen, die stil kunnen zitten, gaan op zondag mee naar de mis. De anderen niet. Op het terrein zijn wel 2 nissen met daarin een Maria beeld. Dat en de nonnen herinneren eraan dat het een katholiek huis is, maar verder niet echt. Een aantal van de kinderen draagt ook een ketting met een beeltenis van Maria en moeder Theresa om hun nek.
De mama’s hebben groot respect voor de non. Van de week had ik een stukje zeep nodig voor de afwas, het stukje wat er nog was hadden we al gebruikt, maar daarvoor werd eerst naar de non gekeken of het goed was. De zeep wordt ook in een soort kantoortje bewaard.
De non was erg open en vroeg ook naar ons leven. Ik heb verteld war we werken en dat we christen zijn en in Nederland ook naar de kerk gaan. Dat leverde een goedkeurend knikje op. Het is een lief mens ze moet je alleen even leren kennen.
Ze gaf ook aan dat de mama’s blij zijn met ons. Het blijkt dat ze wat onderbezet zijn momenteel. Twee mama’s op de groep is eigenlijk te weinig dus onze handen zijn erg welkom.

We proberen een beetje Chichewa te spreken. Begroeten is een heel ritueel. Je vraagt altijd hoe het met de ander gaat. Die zinnen hebben we nu redelijk onder controle. De mama’s lachen zich een bult als we weer een paar letters verdraaien of alle woorden door elkaar gooien. Ze proberen ons ook elke dag een nieuw woord te leren. Vanaf maandag gaat ons schriftje op stand-by zodat we dat soort dingen direct op kunnen schrijven.

Volgende keer zullen we vertellen hoe het er op straat en in het openbaar vervoer aan toe gaat. Ook dat is nogal een belevenis.

Al met al was het een heftig weekje. De drukte in de stad, in de busjes, op het project, de taal die je niet begrijpt, mensen lijken allemaal wat van je te willen (en dan vooral je geld), in het DoingGoood huis waren we met 7 man, het gevoel hebben dat je steeds op je hoede en alert moet zijn, weinig slapen en weinig alleen- tijd om alles te verwerken, de warmte en het wennen aan elkaar maakt dat je emoties soms alle kanten op stuiteren. Gelukkig zijn we samen en daar zijn we erg dankbaar voor. We hebben veel steun aan elkaar. Waar we het donderdag even niet meer zagen zitten, ging het vrijdag weer helemaal lekker dankzij een peptalk van een van de andere vrijwilligers. Het schijnt dat je daar gewoon even doorheen moet. Dus dat doen we dan maar. Het schrijven van een blog werkt ook bijna therapeutisch. Lekker even je hoofd leegmaken op papier, nou ja op de pc ?

Er is nog zoveel meer te vertellen, maar we houden het hier even bij. Er moeten nog meer blogs gevuld worden

Laughing

Hieronder foto’s van ons huis.

Huiskamer:

Slaapkamer. Wij slapen in de blauwe “tent” Mariska onder en Lisa boven.

De andere slaapkamer:

De keuken:

De hal naar het toilet en dedouche, let op het rode knopje, daarmee hebben we warm water (als de stroom tenminste niet uitvalt J)

Let ook op de decoratieve manier van tegelen!

Buiten aanzicht met de was:

Veel liefs X

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Doingoood